Should I stay, or should I go now?
Monday, June 25th, 2012Iedereen gaat anders om met de uitdagingen in het leven. De een is een onvermoeibaar vechtertje, de ander steekt zijn kop in het zand of stuift er vandoor, en dan zijn er nog alle mogelijke combinaties en gradaties van deze twee uitersten…
Ik begin te ontdekken dat ik eigenlijk geen vechtertje ben maar dat ik lijd aan chronische zelfoverschatting. Natuurlijk denkt elk vechtertje dat op het moment dat het bijltje erbij neergelegd moet worden, maar het voelt alsof ik gewoon niet zo sterk ben als ik wel zou willen zijn! Zo VOELT het.
Je bent niet alleen. Ten minste, de meeste mensen leven niet alleen. Je leeft en werkt met mensen die je liefhebt, die je de moeite waard vindt en waar je je energie in wilt stoppen. Er is een moment geweest waarop je hebt besloten dat je daarvoor wilde vechten, en elke keer kom je na wat onrustig vaarwater weer in de kalmere stroom… Dan kan je bijkomen. Je kan ff dobberen. De zon voelen. Liefde voelen. Liefde geven. Productief zijn. Er is ruimte en er is tijd. Creativiteit.
Maar iedereen van boven de 16 weet dat er hele periodes in je leven zijn dat je NU moet dobberen maar dat je in een wildwaterattraktie zit…
Mijn eerste reactie is altijd de kop in het zand. Bij mij ziet dat er als volgt uit: Ik ontken dat het zo moeilijk is als het is, grotendeels omdat ik vind dat niets zo moeilijk hoeft te zijn, en ik houd mezelf voor dat het snel voorbij zal zijn. Allebei onzin. Als het een puinhoop is en het raakt je, dan is dat zo. Helpt echt niets om dat te ontkennen. En je weet nooit hoe lang zoiets nog blijft duren, dus jezelf sussen met ‘we zijn er bijna’ is geen garantie op een goede afloop. Wat zou je nu doen als je wist dat het eeuwig zo zou zijn? Maar dat is ‘t ‘m nou juist, dat willen we niet zien. We hopen op beter. We richten ons op een toekomst die er nog niet is. Wie zegt dat ie komt?
En dan ga ik ineens alles doen wat ik kan doen, want ik ben o zo bang dat het erger wordt of langer gaat duren… Dus ik loop mezelf 100 x voorbij om de chaos die er is te structureren, te bevatten, te controleren…
Ben ik de uitputting nabij dan ga ik voelen dat het ‘allemaal geen nut’ heeft. Logisch ook, waarschijnlijk heb ik zo hard gevochten in een paar weken als de gemiddelde gematigde aanpakker in een jaar… Maar omdat alles bij mij in een week of wat opgelost moet zijn, ‘poef’, kan ik niet gewoon relaxen als het ‘mis’ is.
Dus ik kan het niet oplossen. Ik hoor geen ‘poef’, ik ben doodop, en de complete futiliteit breekt mijn strijdvaardigheid. En wat dan???
Ja… Wat dan…
Dat was het vechtertje.
Esther was haar naam.
Het duurde haar te lang,
En toen is ze gegaan…
…
Ik ben niet gegaan. Ik ga eigenlijk bijna nooit. Ook als ik niet meer kan vechten, dan blijf ik meestal toch staan. En of dat nou zo slim is? Ik weet het niet… Ik weet nooit wanneer het tijd is om te gaan… En ik weet ook niet hoe lang ik moet blijven staan…
Mijn horloge geeft dat allemaal niet aan.